Een vernieuwde benadering van de technologische soevereiniteit van Europa

Technologische soevereiniteit heeft centraal gestaan ​​in de politieke debatten in Europa en onderbrekingen van de toeleveringsketens als gevolg van de COVID-19-pandemie hebben de urgentie van de kwestie alleen maar vergroot. Uit ons onderzoek blijkt dat Key Enabling Technologies (KET's) cruciaal zijn voor Europa's streven naar technologische soevereiniteit. Ondanks de inspanningen in Europa om ST's te ontwikkelen via specifieke investeringsprogramma's, onderzoekssuccessen die resulteren in patenten en een concurrerend startup-ecosysteem, blijft Europa echter nog steeds achter bij China en de Verenigde Staten. Om de achterstand in te halen en een gedigitaliseerde en veerkrachtige samenleving te verwezenlijken, moet Europa de financiering van onderzoek en ontwikkeling verhogen, de ontwikkeling van vaardigheden ondersteunen en een beter klimaat bieden voor de groei van Europese industriële leiders op het gebied van ST's.


Deze studie werd uitgevoerd in samenwerking met IDATE DigiWorld en Fraunhofer FOKUS voor het Panel for the Future of Science and Technology (STOA) van het Europees Parlement.

Onze studie bespreekt zes sleuteltechnologieën die belangrijk zijn voor de technologische soevereiniteit van Europa: (1) geavanceerde productie, (2) geavanceerde (nano)materialen, (3) biowetenschappelijke technologieën, (4) micro-/nano-elektronica en fotonica, (5) kunstmatige intelligentie en (6) beveiligings- en connectiviteitstechnologieën. Onze analyse heeft echter ook vier belangrijke uitdagingen geïdentificeerd die moeten worden aangepakt voordat Europa deze technologieën onder de knie kan krijgen. Namelijk:

  1. Europa is afhankelijk van derde landen voor de toegang tot veel cruciale grondstoffen voor ST's;
  2. veel van de relevante waardeketens zijn afhankelijk van niet-Europese organisaties en knowhow, waardoor Europa in een afhankelijkheidspositie verkeert in de mondiale geopolitieke concurrentie;
  3. er is sprake van een gebrek aan en een afvoer van technologische deskundigen en knowhow, wat de Europese industrie en de academische wereld in gevaar brengt;
  4. Europa heeft moeite om goede wetenschappelijke onderzoeksresultaten om te zetten in commerciële producten en deze in Europa te behouden.

Beleidsmaatregelen

Na een algemene beoordeling van het Europese beleid en een overzicht van de belangrijkste uitdagingen van de EU-beleidsvorming, komt een gebrek aan gezamenlijk optreden en coördinatie van de EU tussen verschillende bestuursniveaus naar voren als de vijfde uitdaging voor de ontwikkeling van ST's.

In het licht van de geïdentificeerde uitdagingen stelt ons onderzoek 25 beleidsmaatregelen voor om Europa te helpen zijn achterstand in te halen. Als overkoepelende beleidsmaatregel bevelen wij aan dat de huidige beleidsmaatregelen en de oorspronkelijke ST-strategie van 2012, die bijdragen aan de technologische soevereiniteit van de EU en de ontwikkeling van de ST's, worden gecombineerd in een nieuwe en bijgewerkte EU-strategie. Wij stellen voor om deze nieuwe strategie voor ST's te baseren op een geïnstitutionaliseerde beleidsdialoog tussen EU-instellingen, lidstaten en alle relevante belanghebbenden, waaronder de industrie en de academische wereld, om het gemeenschappelijke doel van het bereiken van technologische soevereiniteit op het gebied van ST's na te streven. We moeten echter niet vergeten dat in een open en onderling verbonden wereldeconomie de toegang tot technologieën van cruciaal belang is voor het succes van veel bedrijven en overheden, en dat technologische onafhankelijkheid of protectionisme niet de oplossing mogen zijn.

U vindt het volledige rapport over de website van de EU.
Als u nog vragen heeft, neem dan contact op Michael Flickenschild.
Je kunt ook een kijkje nemen bij het online evenement dat plaatsvond op de website van het Europees Parlement.


Technologische soevereiniteit – een definitie

In het politieke discours van de EU wordt technologische soevereiniteit vaak door elkaar gebruikt met strategische autonomie, of digitale soevereiniteit, en komt het ter sprake als het gaat om problemen op het gebied van technologie (bijvoorbeeld een gebrek aan R&D-uitgaven), economie (bijvoorbeeld toegang tot materialen langs waardeketens) en regelgeving (bijvoorbeeld de impact van technologieën op de Europese waarden). In het licht hiervan kan men technologische soevereiniteit definiëren als het vermogen van Europa om cruciale technologieën te ontwikkelen, te leveren, te beschermen en te behouden die nodig zijn voor het welzijn van de Europese burgers en de welvaart van bedrijven, en het vermogen om onafhankelijk te handelen en te beslissen in een gemondialiseerde omgeving.

16 november 2021

3 minuten lezen